Het waarom

Frankrijk vakantieland

Ik ben geboren in augustus 1972. Als jongste in een gezin van ouders met vijf kinderen. Zomervakanties werden in die tijd door mijn ouders met het gezin vrijwel altijd in Nederland doorgebracht. Bij de stijgende populariteit van vakanties in het buitenland en door een aantal natte zomers begin zeventiger jaren besloten mijn ouders de zomervakantie in Frankrijk aan zee door te willen brengen. Op aanraden van vrienden zochten en vonden ze een huisje in het dorpje Montalivet-les-Bains. Een klein plaatsje aan zee, op zo'n 25 kilometer onder de monding van de rivier de Gironde. Ik heb hier met mijn ouders vele vakanties mogen vieren. Mijn broers en zussen kwamen en gingen in wisselende samenstellingen. Naast strand en Atlantische Oceaan is er niet veel te beleven: uitgestrekte naaldboombossen, wat wijngaarden en de stad Bordeaux op ongeveer 80 kilometer van de kust. 

Wijngebied

Bordeaux is een schitterende stad, maar ook naamgever van een van de grootste wijngebieden ter wereld (in oppervlakte dan). In een smalle strook, 'de linkeroever', langs de rivier Gironde vanaf de monding (het Estuarium) tot aan de stad Bordeaux worden enkele van de beroemdste wijnen ter wereld gemaakt. De Médoc en de Haut-Médoc vormen de basisgebieden ('appellations'). Hierin bevinden zich weer kleine appellations vernoemd naar het dorpje waar de wijngaarden omheen liggen: Saint-Estèphe, Saint-Julien, Margaux, Pauillac, Moulis en Listrac-en-Médoc. Maar nu wijk ik af. In 1978 namen mijn ouders deel aan een (betaalde) rondleiding door het, toen al, beroemde chateau Lafite-Rothschild, nabij Pauillac. In 1855 uitgeroepen tot één van de vijf beste wijnen ter wereld. En alleen een fransman kan beweren dat die beoordeling tóen vandaag de dag nog steeds opportuun is. Dit geheel terzijde. Ik was bij de proeverij, maar heb er (helaas) geen actieve herinnering aan overgehouden. En niemand in de familie durft eigenlijk met zekerheid te zeggen in welke samenstelling wij er precies waren. Enfin, na de rondleiding mocht er worden geproefd (niet door mij...). Oogstjaar 1975 was het meest recente oogstjaar op fles en dat jaar stond (en staat) als zeer goed bekend. Jaren later kwam dit memorabele bezoek aan dit beroemde wijnhuis thuis vaker ter sprake. Want waarom niets gekocht? (U mag als lezer in deze vraag trouwens best een verwijtende ondertoon horen: de waardestijging van deze wijnen was mij inmiddels niet ontgaan). Mijn vader verhaalde hierover:  “Rothschild maakt mooie, maar erg dure wijn, dus keek ik liever even bij de buurman. Die is minder bekend dus vast (iets) minder duur”. "Dat zal", zei ik, "maar ik zie niets in de kelder liggen dat van de buurman afkomstig is. Leuk praatje dus, maar een slecht smoesje". "Misschien was 'de buurman' wat te dichtbij gedacht", zei mijn vader, "dus reden wij, op weg terug naar de kust, naar een ander dorp: Saint-Estèphe. Maar ook die wijnen waren toen en zijn nog steeds bovengemiddeld duur". Enfin, het werd uiteindelijk een onbekend dorpje nog verderop, Saint-Seurin-de-Cadourne, en een nog onbekender wijnhuis: chateau Grandis. Daarenboven zagen mijn ouders in die tijd geen enkel voordeel in het lang wegleggen van flessen wijn. Dus geen kelder vol gerijpte bordeaux in huize Heeger. 

Chateau Grandis

De ingang naar chateau Grandis ligt midden in Saint-Seurin-de-Cadourne en bij louter toeval zijn mijn ouders hier in 1978 naar binnengereden. Dit wijndomein is al sinds 1857 in handen van dezelfde familie en omvat 10 hectares dicht tegen de Gironde en de wijngaarden van Saint-Estèphe aan. Het chateau (er staan hele mooie kastelen (chateaus) in het gebied, maar ieder wijndomein wordt in de bordeaux-streek chateau genoemd) is ooit gebouwd als verzamelplaats voor de lokale jacht.  Vanaf 1998 hebben Danielle (mijn vrouw) en ik meerdere vakanties doorgebracht in deze regio. Eerst samen en later met onze kinderen. De afgelopen jaren hebben ook wij als gezin fijne zomervakanties gevierd in Montalivet-les-Bains. En een bezoek aan Grandis is een vast onderdeel van de vakantie geworden. Eigenaar Brice Vergez heeft samen met zijn vrouw Brigitte al een aantal jaren het volledige eigendom overgenomen van zijn ouders en zij geven leiding aan de wijngaarden en de wijnmakerij. Ik ben dan ook zeer verheugd dat ik de wijnen van dit prachtige wijnhuis in Nederland mag verkopen.  

Waarom dan alleen Frankijk?

In juni 2001 ben ik gaan werken voor Sopexa, als verantwoordelijke voor de promotie van Franse wijn en wijnregio's in Nederland. Sopexa is in de jaren zestig opgericht door de Franse overheid om collectieve reclamecampagnes (o.a. P.R., radio, tv en print) en handelsactiviteiten (beurzen en proeverijen) voor land- en tuinbouwproducten te ontwikkelen in relevante exportlanden. De voertaal op de kantoren in de exportlanden was dan ook gewoon Frans. In die tijd kreeg ik een mooi kijkje achter de schermen van de Franse wijnwereld. Na Sopexa heb ik vanaf eind 2003 tot eind 2016 voor het Franse familiebedrijf Andros mogen werken (die van de Bonne Maman-jam). Ook hier was en is de voertaal Frans. En ook al was ik na mijn vertrek bij Sopexa niet meer beroepsmatig met wijn bezig, wijn is sindsdien wel een belangrijke hobby gebleven. Alle klassieke Europese wijnlanden brengen schitterende wijnen voort. Alleen, in al die andere landen ken ik de weg niet... Maar in Frankrijk wél: ik spreek de Franse taal, ik begrijp de (wijn)cultuur van de Fransen en ik ken de wijnwereld in verschillende Franse regio's.